Je hebt vast wel eens een hersenscan gezien. Daarop zie je hoe bepaalde hersengebieden geactiveerd worden. Specifieke bezigheden, zoals praten, bewegen, zingen of rekenen, laten verschillende activatiepatronen in de hersenen zien. Die activatie heeft alles te maken met ‘communicerende’ hersencellen. Hoe dat in zijn werk gaat lees je hieronder.
De hersenen zijn een netwerk van ongeveer 100 miljard hersencellen, neuronen genaamd. Die 100 miljard neuronen praten met elkaar via neurotransmitters. Dat zijn stofjes die ze aan elkaar doorgeven. Een neuron bestaat uit een kop en een staart. Het einde van de staart scheidt neurotransmitters uit in de tussenruimte, van waaruit ze weer worden opgenomen door de kop.
De kop is bedekt met deurtjes waardoor de neurotransmitters naar binnen kunnen stromen. De verschillende deurtjes hebben een specifieke vorm waardoor er alleen één specifieke soort neurotransmitter doorheen kan stromen. Ook zitten de meeste deurtjes op slot zodat er helemaal niets doorheen kan stromen.
Het slot kan weer open gemaakt worden door één specifieke andere neurotransmitter. Als die sleutel in het slot valt, gaat de deur open en kunnen de neurotransmitters naar binnenstromen: die deurtjes worden receptoren genoemd.
Bron: Neurowiki.nl
Recente reacties