De wetenschap achter geluk, liefde en andere waanzin Over geluk, liefde en andere waanzin
(CREDITS)
Betty Grable and Carmen Miranda in Springtime in the Rockies. Credits: 20th Century Fox.

Ken uzelve: wat is jouw persoonlijkheid?

Ben je meestal kalm en stressbestendig of raak je emotioneel snel van slag? Omring je je graag met mensen of ben je het liefst op jezelf met een goed boek? Wil je alsmaar ontdekken wat het leven nog meer te bieden heeft of wil je vooral je zaakjes op orde hebben? Ben je een doorzetter die doelen bereikt en afspraken nakomt of reageer je liever wat spontaner en flexibeler op het leven? Vind je een goede band met collega’s belangrijker dan het werkresultaat, of juist andersom?

Hoe jij deze vragen beantwoordt, bepaalt voor een groot gedeelte jouw karakter.

Jouw persoonlijkheid ontstond grotendeels in je kindertijd door een combinatie van biologie (genen) en omgeving (onder andere je opvoeding). Het bepaalt hoe jij het leven ervaart, welke doelen je nastreeft en hoe je op anderen reageert. Volgens onderzoek lijkt die verhouding nature/nurture ongeveer 50/50 te zijn.

Voor de perfectionisten onder ons: er bestaat geen perfecte of ideale persoonlijkheid. Elke persoonlijkheidstrek heeft voor- en nadelen, ieder mens is een wandelend ‘compromis’ van eigenschappen. In sommige situaties komen jouw karaktertrekken goed van pas, in andere niet. Als jij kritisch en achterdochtig bent zul je niet snel belazerd worden, maar de kans dat iedereen jou leuk vindt wordt er wel een stuk minder door. Als je weinig angst kent, kun je grootste dingen bereiken, maar ook harder op je bek gaan.

Je kunt jouw persoonlijkheidstrekken niet zomaar veranderen omdat je er last van hebt, en dat hoeft ook niet. Je kunt jouw persoonlijkheid niet kiezen, maar je kunt wel kiezen welk gedrag je vertoont. Iemand die introvert en verlegen is kan leren om belangrijke extraverter en spontaner te reageren.

Je kunt dus leren beter om rekening te houden met je karakter, zodat je een baan, hobby of relatie kiest die beter bij je past. Zelfkennis is essentieel voor een gelukkig leven.

Uit al het onderzoek naar karakter blijkt dat er uiteindelijk grofweg vijf grote persoonlijkheidstrekken te zijn waarmee je iemand goed kunt beschrijven: extraversie, neuroticisme, servicegerichtheid, zorgvuldigheid en openheid. Dit worden ook wel de Big Five genoemd. Dit was destijds een interessant wetenschappelijk inzicht: hoewel je honderden woorden hebt om mensen te beschrijven, blijken ze allemaal in meer of mindere mate samen te hangen met een van de Grote Vijf.

De Big Five persoonlijkheidstest geeft een goede globale indruk van iemands persoonlijkheid, maar net zoals geen twee vingerafdrukken gelijk zijn, zijn twee ‘introverten’ ook op hun eigen manier introvert.

Ik bespreek ze hieronder kort.

Extraversie versus introversie
Deze dimensie gaat over de vraag: waar krijg jij positieve energie van? Ben je constant op zoek sociale prikkels, de plek waar hét gebeurt? Dan scoor je vast hoog op extraversie. Extraverte mensen zijn doorgaans actief, sociaal, optimistisch, praatgraag, gericht op anderen en optimistisch. Introverte mensen zijn graag op zichzelf of in een rustige omgeving. Gemiddeld gezien rapporteren extraverte mensen iets meer gelukkige gevoelens dan introverten. Introverten zijn meestal bedachtzamer en denken grondiger over dingen na. Het zal je niet verbazen dat ‘grote’ schrijvers en denkers vaak introvert zijn.

Emotionele stabiliteit versus neuroticisme
Deze dimensie gaat over: de gevoeligheid voor externe prikkels, de tolerantie voor onzekere situaties en de behoefte aan zekerheid en stabiliteit. Neurotische mensen maken zich veel zorgen, piekeren vaak, zijn eerder onzeker en worden sneller nerveus. Emotioneel stabiele mensen zijn tevreden met zichzelf, ontspannen en raken minder van slag als het tegenzit. Hoewel een hoge mate van neuroticisme alleen maar nadelig lijkt, heeft het ook voordelen. Mensen die overal beren op de weg zien en zich zorgen maken over de toekomst, kunnen goed anticiperen en ontdekken daardoor ook eerder creatieve oplossingen voor allerlei euvels. De grote genieën die de mensheid hebben verrijkt met hun uitvindingen waren vaak grote neuroten. Zonder deze karaktertrek zou onze wereld weinig vooruitgang hebben gekend.

Servicegerichtheid versus taakgerichtheid
Vriendelijkheid is een uniek menselijke trek: andere dieren, zelfs apen, vertonen dit sociale gedrag een stuk minder. Een hoge mate van servicegerichtheid is meestal gecorreleerd met empathie: iemand die zich goed in anderen kan inleven en voelt wat anderen doormaken zal waarschijnlijker aardiger en begripvoller reageren dan iemand die minder inlevingsvermogen heeft. Iemand die hoog op servicegerichtheid scoort wordt vaak gezien als warm, meegaand, tolerant, attent en behulpzaam. Iemand die laag op deze dimensie scoort is competitiever en meer op resultaten gericht dan op de relatie. We noemen zo iemand zakelijk en taakgericht. We hebben beide mensen nodig in de maatschappij. Een chirurg of technicus moet vooral op de taak gericht zijn, een therapeut of barman juist op de relatie.

Zorgvuldigheid versus impulsiviteit
Deze dimensie gaat over de mate waarin jezelf een doel kunt stellen en die uitvoert zonder afgeleid te raken door tussentijdse pleziertjes of andere obstakels: het gaat over zelfdiscipline en focus. Deze trek is, tezamen met je IQ, heel bepalend voor succes in het leven. Succesvolle mensen hebben met elkaar gemeen dat ze hun doelen heel serieus nemen en verantwoordelijkheid nemen als het mis gaat. Mensen die laag scoren op deze dimensie reageren spontaner, impulsiever en flexibeler op het leven dan mensen die hier hoger scoren. Met de laatsten kun je veel lol beleven, met de eersten heb je het klusje sneller geklaard.

Openheid voor ervaring/ideeën versus geslotenheid
Dit is de minst goed onderzochte persoonlijkheidstrek en er zijn nog veel vragen over, maar iemand die hoog scoort op openheid is creatief, fantasievol, intellectueel nieuwsgierig en origineel. ‘Open’ mensen zoeken naar nieuwe ervaringen en inzichten en willen de wereld om hen heen vaak op hun eigen manier ontdekken en begrijpen. Mensen die laag op openheid scoren worden vaak gezien als nuchter, no-nonsense en praktisch. Ze houden zich het liefst bezig met concrete, praktische doelen die het hier en nu van ze vereist. ‘Open’ mensen onderzoeken de wereld, ‘gesloten’ proberen er in te functioneren.

Het zal je vast niet verbazen dat ‘open’ mensen politiek gezien eerder liberaal zijn, en ‘gesloten’ mensen eerder conservatief.

Uit onderzoek blijkt dat onze persoonlijkheid gedurende ons leven stabiel is, maar wel evolueert. Vooral na onze 50ste levensjaar verandert het voor de meeste mensen. Ons levensgeluk stijgt, omdat we iets hoger scoren op vriendelijkheid en lager op neuroticisme. We zijn tevredener met onszelf en kunnen beter alleen zijn: we scoren lager op extraversie en openheid. Wat je zou kunne lezen als dat we het geluk minder buiten onszelf zoeken. Ook scoren we lager op zorgvuldigheid: we staan wat relaxter in het leven.

Heb je iets aan dit bericht gehad?

Of draag je Psychologisch.nu een warm hart toe?

Misschien vind je het dan leuk om een donatie te doen!

Ja, ik doneer!
base-psy

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.